Roadtrip & Topdeck - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Eline Luchtenberg - WaarBenJij.nu Roadtrip & Topdeck - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Eline Luchtenberg - WaarBenJij.nu

Roadtrip & Topdeck

Door: Eline

Blijf op de hoogte en volg Eline

29 Januari 2017 | Australië, Melbourne

Ik moet eerlijk bekennen dat ik me best een beetje schaam. Mijn laatste update dateert van 27 december en inmiddels zijn we bijna een maand verder, waarin ik niet veel van me heb laten horen. De afgelopen weken ben ik non-stop bezig geweest en daarnaast had ik op veel plaatsen geen bereik, waardoor berichten plaatsen moeilijk werd. Maar ach, geen bericht is goed bericht, zullen we maar zeggen. In dit geval klopt deze uitspraak ook echt. De dagen vliegen voorbij en voordat ik er erg in heb is er alweer een week om. Inmiddels zijn er nog maar 5,5 weken over van mijn reis en ik kan haast niet geloven dat ik over een halve week Australië al ga verlaten! Met pijn in mijn hart, want na meer dan drie maanden in dit gigantische land te hebben doorgebracht, ben ik me hier erg thuis gaan voelen. De sfeer is erg relaxed en de mensen zijn over het algemeen heel aardig. Het is hier helemaal niet raar om een praatje te maken met onbekenden en mensen zijn geïnteresseerd, dat vind ik erg leuk. Daarnaast heb ik nog lang niet alles gezien wat ik wil zien. Dat is ook bijna onmogelijk, aangezien Australië meer dan 205 keer zo groot is als Nederland. Er zit niets anders op dan nog een keer terug te komen hier en iets zegt me dat dat ooit wel gaat gebeuren. En gelukkig ruil ik Australië in voor een ander mooi land, en wel Nieuw Zeeland! Daar kijk ik erg naar uit, van veel mensen heb ik gehoord dat de natuur in Nieuw Zeeland echt prachtig is. Ik verheug me erop om dat met eigen ogen te gaan zien.

Vier weken geleden, op 28 december, nam ik de bus van Airlie Beach naar Cairns. Een ritje van 10,5 uur, best lang maar inmiddels kijk ik daar niet meer van op. Je raakt snel gewend aan het overbruggen van grote afstanden. Een rit van 4 uur vind ik nu kort. Toen ik 's avonds laat in Cairns aankwam, ben ik gelijk naar mijn hostel gegaan. Daar zag ik Hester weer, want zij was al een paar dagen eerder naar Cairns gereisd. Het hostel was leuk, maar ik heb er vrij weinig van gezien. Ik ben gelijk gaan slapen toen ik er aankwam en de volgende dag hebben Hes en ik vroeg uitgecheckt, want we gingen onze auto ophalen! Het autobedrijf 'Wicked' lag niet ver van ons hostel af dus we konden er lopend heen. Ik had een redelijk oude auto verwacht, maar dat was totaal niet het geval! We kregen een best wel nieuwe auto, een Nissan, die slechts 50.000 km op de teller had staan. Een meevaller! Het bleek alleen geen automaat te zijn, zoals we verwacht hadden, maar een schakelauto. Geen probleem natuurlijk, omdat we allebei kunnen schakelen, maar omdat het stuur aan de andere kant van de auto zit was het toch wel even wennen. Je moet ook met je linkerhand schakelen en dat was erg apart in het begin. De eerste dag ging het dan ook niet vlekkeloos. Gelukkig waren we er na een paar dagen meer aan gewend. De eerste twee dagen zijn we naar het Noorden gereden, richting het Daintree Rainforest en Cape Tribulation. Het regenwoud vormt een groot contrast met het landschap aan de oostkust, waar je voornamelijk strand kunt vinden. Het was leuk om voor een dagje een andere omgeving te zien. De dag erna was het 31 januari, oudjaarsdag. We wilden eigenlijk al landinwaarts rijden, maar we besloten toch terug te rijden naar Cairns, om daar Nieuwjaar te vieren. We hadden namelijk gemerkt dat het ontzettend rustig was op de campings waar we overnachtten en we gingen er vanuit dat dat alleen maar erger zou worden naarmate we landinwaarts zouden rijden. Daarnaast bleek dat in Cairns twee vuurwerkshows waren georganiseerd en een aantal optredens waren geregeld en dat wilden we wel graag zien. De camping waar we onze tent hadden opgezet was erg leuk en er waren meer mensen die met hun campertje aan het rondtrekken waren. 's Avonds liepen we richting de boulevard van Cairns. Op het gras langs de boulevard zaten honderden mensen al klaar voor het vuurwerk. Sommigen waren aan het barbecueën of picknicken met hun familie of vrienden. Het was erg druk en gezellig langs het water en de vuurwerkshow om negen uur was mooi, maar die van twaalf uur moest natuurlijk nog mooier worden. Om kwart voor twaalf zochten we een plaatsje aan het water. In de zee was een platform gemaakt waarvandaan het vuurwerk de lucht in zou worden geschoten. Er was geen klok, dus het was een beetje onduidelijk wanneer we moesten beginnen met aftellen. Op een gegeven moment begonnen er een paar mensen met tellen, maar ze begonnen bij 3 in plaats van 10, dus voordat we het wisten was het al zover. Het vuurwerk werd de lucht in geschoten en deze show was nog mooier dan de eerste. Er zat echt heel mooi siervuurwerk bij en er waren allemaal verschillende pijlen. De show ging bijna een kwartier door, heel gaaf! Daarna gingen de meeste mensen terug naar huis (nieuwjaar is in Australië niet heel bijzonder) maar wij besloten nog een drankje te doen in een bar aan de boulevard. Daarna zijn ook wij teruggegaan naar de camping. Om half 3 lagen we uiteindelijk in bed.
Om half 8 de volgende ochtend werden we wakker, het was super warm geworden en we brandden werkelijk onze tent uit. Nadat we alles snel hadden ingepakt, zijn we gaan rijden. Al gauw hadden we door dat we die dag beter niet zoveel kilometers konden maken, we waren allebei super moe! Vrij vroeg zijn we daarom die dag gestopt. In de daarop volgende dagen zijn we het binnenland in gereden. Onderweg stopten we een aantal keren om iets te bekijken. Zo zijn we onder andere naar de Mossman Gorge, Lake Euchem, Lake Tinaroo en een Fig Tree gegaan. Ik vond het leuk om eens op plaatsen te komen waar je zonder auto niet komt. Het gaf wel een gevoel van vrijheid, we konden gaan en staan waar we wilden. Toen we landinwaarts reden, merkten we al gauw dat het landschap veranderde. Alles om ons heen was dor en droog en we konden kilometers rijden zonder dat we een andere auto tegenkwamen. Op de campings was het super rustig! Soms stonden we op afgelegen trailerparken waar geen mens te bekennen was, niet de meest sfeervolle campings kan ik gerust zeggen. Af en toe waren we haast de enige kampeerders. In Greenvale, een klein dorp waar we hebben overnacht, was alleen een hotel en een tankstation, verder helemaal niets. We konden geen boodschappen doen en hebben die avond gedwongen pannenkoeken moeten eten (echt een straf! ;) ), omdat we toevallig nog pannenkoekenmix bij ons hadden. Na een paar dagen waarin we misschien tien mensen tegen waren gekomen, besloten we wat meer naar de kust te rijden. De kans was groot dat het daar wat drukker zou zijn. We probeerden daarnaast zo veel mogelijk familiecampings op te zoeken met veel voorzieningen. Deze waren wel wat duurder, maar hier kwamen we in ieder geval nog wat volk tegen. Een tegenvaller was dat het elke avond regende, waar we ook waren. We wisten dat het regenseizoen was, maar op het moment dat we rondreden waren de weersomstandigheden wel heel extreem. In een groot deel van Australië waren snelwegen overstroomd en zelfs in 'The Red Centre', ook wel de Outback genoemd, spoelde het dagenlang. We hoorden van verschillende mensen dat ze zoiets in 25 jaar niet hebben gezien. Sommigen mensen waren dan ook erg blij met de regen. Wij iets minder (ook al zijn we er als Nederlanders natuurlijk wel een beetje aan gewend), want kamperen terwijl het stortregent is niet echt een pretje. Onze tent heeft op een avond heel erg doorgelekt (toen we nog niet ontdekt hadden hoe de regenhoes werkte), alles zat onder de modder en onze kleding was nat. Gelukkig hadden we een rooftop tent, die stond in ieder geval niet op de grond, dat scheelde een hoop. Daarnaast ben ik tijdens het kamperen compleet lek gestoken door van alles en nog wat. Muggen, sandflies, ze wisten me allemaal te vinden. Ik zat van boven tot onder onder de bulten en die jeukten als een gek! Het leek op een gegeven moment wel alsof ik de waterpokken had! Bij de apotheek heb ik gelukkig iets tegen de jeuk kunnen krijgen. In de dagen erna zijn we via Charters Towers naar de kust gereden, naar Townsville. Daar hebben we drie dagen gestaan. In die drie dagen zijn we onder andere naar de Billabong sanctuary geweest, dat was erg leuk. We mochten kangaroes, schildpadden en cassowaries voeren en we hebben een aantal shows gezien waarbij de dieren gevoerd werden. Er liep ook een heel klein kangaroetje op het park rond die gewoon naar je toe kwam. Van een man kregen we wat voer zodat we hem uit onze hand konden laten eten. Het was echt een schatje! Ik zou hem zo mee naar huis nemen. Daarnaast zijn we vanuit Townsville naar Magnetic Island gegaan met de ferry. Daar hebben we een wandeltocht gedaan waarbij je koala's zou moeten kunnen zien. Zoiets horen we wel vaker en meestal zien we die beesten dan nooit, maar deze keer hebben we daadwerkelijk een babykoala gezien! Daarna zijn we naar het strand en de pier geweest en aan het eind van de middag namen we de ferry weer terug naar Townsville. De dagen erna zijn we via de kust weer terug omhoog gereden. We stopten in Mission Beach en Airlie Beach (leuk om daar weer voor een dagje terug te zijn) en de laatste avond hebben we op dezelfde camping in Cairns gestaan als die keer ervoor, met Nieuwjaar. De volgende ochtend gingen we er vroeg uit, want via Groupon hadden we goedkoop kaartjes kunnen krijgen voor een wakeboard-/kneeboardpark. 's Ochtends rond tien uur kwamen we daar aan en we kregen gelijk een helm op en een zwemvest aan. Hester en ik kozen allebei voor een kneeboard, dat was toch een stuk makkelijker dan een wakeboard, zeker omdat ik nog nooit eerder op een skateboard of snowboard heb gestaan. De baan bestond uit een kabel waaraan je werd meegetrokken. Je moest je kneeboard op een platform leggen en er op je knieën op gaan zitten en je kreeg een touw in je handen geduwd waaraan je je moest vasthouden. Op een gegeven moment werd je dan van het platform afgetrokken. Je moest je armen strak houden, anders zou je gelijk voorover het water in vallen. Dat gebeurde meteen de eerste keer bij mij. Ik had me een beetje verkeken op de kracht waarmee je ineens aan het touw vooruit wordt gesleept en ik maakte een klassieke wipe-out in het water. De tweede keer lukte het wel om te blijven zitten en ik had ook meteen het sturen onder de knie. Ik kon bijna een heel rondje maken. Je ging echt heel hard op die baan en je kreeg soms echt een enorme oplawaai, als het touw even minder strak stond en je dan met een schok weer hard vooruit trok. Het was niet heel fijn voor je schouders, ik heb meerdere keren mijn spieren verrekt. Toch was het leuk om een keer te proberen en de volgende dagen hadden hes en ik echt enorme spierpijn! Na het kneeboarden was het tijd om onze auto in te leveren. Eenmaal bij Wicked aangekomen, was ik blij dat de auto weer heelhuids terug was en dat we geen ongeluk hadden veroorzaakt in die afgelopen tweeënhalve week. Bij de autoverhuur hebben we alle zooi die in de kofferbak lag uitgezocht en onze tassen ingepakt. Daarna lieten we onze mooie Nissan achter en gingen we terug naar ons hostel. Ik had mijn hostel al eerder geboekt en op het moment dat Hester wilde boeken was het hostel vol, dus zij sliep ergens anders. Dat was niet erg, want het was toch nog maar een nachtje voordat Hester naar Brisbane zou vliegen en vanaf daar naar huis. De volgende dag ben ik naar de bibliotheek gegaan om bezig te gaan met het regelen van een stage. Later die middag had ik met Hester afgesproken en hebben we nog wat gewinkeld. Hester zou die avond om kwart over 7 opgehaald worden met de shuttle die haar naar het vliegveld zou brengen, dus we moesten vroeg eten en we besloten naar een Fish-and-Chipszaak te gaan voor een snelle hap. Daarna ben ik nog even meegegaan naar Hesters hostel om haar uit te zwaaien. Ik vond het jammer dat ze wegging, ik was eraan gewend geraakt om samen te reizen en ik vond het fijn om een paar weken niet op elk moment verplicht sociaal te hoeven doen. Daar word je namelijk best moe van na een tijdje. Toen de shuttle er was, hebben we snel afscheid genomen en elkaar nog een goede reis gewenst. Daarna ben ik teruggelopen naar mijn hostel. In het begin was het gek om weer op mezelf te zijn, maar daaraan was ik ook wel weer vrij snel gewend. Ik ben gelijk gaan slapen, want om kwart over 5 de volgende ochtend zou ik zelf ook opgehaald worden met de shuttle om naar het vliegveld te worden gebracht. Die dag zou ik namelijk van Cairns naar Alice Springs vliegen, vanwaar mijn tour met Topdeck, 'Down South & Outback' zou beginnen. De wekker zette ik op kwart voor 5. Die nacht heb ik slecht geslapen, want als je weet dat je er vroeg uit moet, lig je er op de een of andere manier toch op te wachten. Iets over 5 stond ik klaar voor het hostel. Een kwartiertje later verscheen de shuttle. Nadat we nog wat mensen van andere hostels hadden opgehaald, reden we naar het vliegveld, dat was nog wel een redelijk stukje rijden. Om tien voor zes arriveerde ik op het Domestical Airport van Cairns. Ik moest even wachten, want ik kon nog niet inchecken. Na een half uurtje ging de balie open en kon ik mijn backpack kwijt en kreeg ik mijn ticket. Daarna ben ik door de douane gegaan en heb ik om wakker te worden een kopje koffie gedronken in een cafeetje. Al snel was het tijd om te boarden. Het vliegtuig van Quantas was heel klein, ik bleek helemaal achterin te zitten. Daar was geen raam, dat was wel jammer. ik had niet online ingecheckt, dus ik had waarschijnlijk de minste plaats gekregen. Dat vond ik niet zo erg voor een vlucht van 2 uur (vooral omdat er niemand naast me zat), maar de stewardess vroeg me na het opstijgen of ik niet liever vooraan wilde zitten, daar was genoeg plek. Het vliegtuig zat helemaal niet vol, dus ik kon ergens vooraan in het vliegtuig zitten bij het raam en alsnog had ik de hele rij voor mezelf. Ideaal! De vlucht was zo voorbij. We kregen ontbijt en ik heb wat gelezen en voordat ik het wist, stonden we alweer op de grond. Mijn backpack was de eerste die op de bagageband lag, dus ik kon meteen doorlopen. Vooraf had ik een shuttle geboekt die me van het vliegveld naar het Ibis Styles Oasis hotel zou brengen. Hier zou de tour van Topdeck beginnen de volgende dag. In de shuttle merkte ik wel dat veel mensen met elkaar aan het praten waren, maar ik had niet door dat ik toevallig met de mensen van mijn groep in de shuttle zat die ook allemaal de Topdeck-tour deden. Dat ontdekte ik pas toen we bij het hotel aankwamen. Omdat de nacht voorafgaande aan de tour niet bij de tour inbegrepen zat, had Kilroy bij het boeken van mijn reis een eenpersoonskamer voor me geregeld. Ik sliep die nacht dus alleen, helemaal niet erg natuurlijk! De rest van de dag ben ik Alice Springs ingegaan en heb ik maar liefst 3 dokterspraktijken bezocht voordat ik ergens terecht kon voor een voorschrift voor Antibiotica. Ik had al een tijdje last van blaasontsteking en daar wilde ik toch wel graag vanaf. Die avond heb ik in een sportcafé in Alice Springs gegeten en ben ik op tijd gaan slapen. De volgende ochtend (17 Jan) moesten we om 6 uur ontbijten, want om half 7 begon de tour. Op dat moment ontmoette ik ook mijn groepsgenoten. Onze groep bestond uit 20 mensen, maar we hoorden ook dat er een paar mensen slechts het Outbackgedeelte zouden doen en daarna de groep zouden verlaten om met een andere bus van Topdeck naar Darwin te gaan. Daarnaast zouden we er nog twee mensen bij krijgen in Adelaide. Ik had verwacht dat we een vaste groep zouden hebben met mensen die allemaal dezelfde tour deden, maar dat bleek dus niet zo te zijn. De mensen in mijn groep zijn heel erg aardig! Er is niemand bij met wie ik het echt niet kan vinden en er is ook niemand die te aanwezig is en met stoer gedrag de sfeer een beetje bederft (dat is met sommige tours het geval). Wat ik ook leuk vind, is dat de groep uit heel veel verschillende nationaliteiten bestaat: een paar Duitsers (goh), drie Australiërs, een Fin, een Deen, een Amerikaanse, een Canadese, twee Engelsen, een Zwitsers stel en een Nederlander (ik!). Grappig om een keer de enige Nederlander te zijn, normaal gesproken kan ik tussendoor even met iemand Nederlands praten maar dat kan deze keer niet! Ik ben volledig aangewezen op mijn Engels. Ik merk ook dat ik nu wat vloeiender Engels praat dan in het begin van mijn reis, dat is wel leuk om te zien.
De eerste dag reden we van Alice Springs naar Uluru. Hier staat een heel bekende rots, Ayers Rock genaamd. Deze rots is heel belangrijk voor de Aboriginals en velen van hen wonen nog steeds om Ayers rock. Ik had alleen een veel kleinere steen verwacht, wat een enorm ding was dat! Indrukwekkend om te zien en qua landschap heel anders dan de oostkust! Alles om de rots heen was uitzonderlijk groen, door de hevige regenval van de afgelopen tijd. Normaal gesproken ziet het er nogal dor en droog uit maar nu was het contrast met de rode rots wel heel mooi. 's Avonds hebben we dan ook naar de zonsondergang gekeken bij de rots, onder het genot van een glaasje champagne en crackers met verschillende kazen. Daarna gingen we terug naar ons hostel. Ik deelde een kamer met Jessica (een Duits meisje) en Julie (een Amerikaanse). We mochten onze kamergenoten niet zelf kiezen, maar ik was erg blij met ze, ze waren allebei heel erg aardig.
De volgende dag zijn we 's ochtends om half 5 opgestaan, omdat we een wandeling om de rots heen gingen maken. Waarom zo vroeg, hoor ik je denken. Nou, in de Outback is het niet bepaald koud en op het heetst van de dag is het warmer dan 40 graden. Je kan dus eigenlijk alleen 's ochtends iets doen, 's middags is het simpelweg te heet. Er zijn in het verleden zelfs mensen overleden tijdens de wandeling om de rots, omdat ze op het heetste moment van de dag vertrokken of niet genoeg water bij zich hadden. Wij begonnen rond 6 uur aan de wandeling. Op dat moment heb je pas door hoe groot de rots eigenlijk is, het was namelijk een wandeling van 10,4 kilometer. Hoewel het nog vroeg was, was het al enorm heet. Het zand maakte het nog erger, want alle warmte stijgt eruit op. Ik trok tijdens de wandeling vooral op met Jessica, tevens mijn kamergenoot. We konden het wel goed vinden en ik vond het leuk om met haar te praten. Later sloot Sebastian (een Duitse jongen) ook nog bij ons aan. Het laatste stuk hebben we met z'n drieën gelopen en we waren de eersten die weer bij de bus arriveerden. 's Middags gingen we terug naar het hostel en daar hebben we de hele middag in bed gelegen, heerlijk om even bij te slapen! Na het eten 's avonds deden we een Field of Lights-tour. 'The Field of Lights' was een kunstwerk en bestond uit een veld waarin meer dan 300.000 lampjes waren geplaatst, die steeds van kleur veranderen. Het was een erg mooi gezicht, zo ver je kon kijken zag je lichtjes. Helaas lukte het niet helemaal om er goede foto's van te maken, op de een of andere manier zag je op de camera niet zoveel. We hebben even in het veld rondgelopen, toen het begon te onweren. En niet zo'n beetje ook! Het was best dichtbij en we vonden het niet zo fijn om buiten te zijn op dat moment. We gingen dus al vrij snel weer met de bus terug naar het hostel, uiteindelijk zijn we er maar een half uurtje geweest.
Op 19 januari stonden we wederom vroeg naast ons bed, om een andere wandeling te doen, de 'Valley of The Winds' in het beroemde nationale park Kata Tjuta. Toen ik 's ochtends van het toiletgebouw terug naar onze kamer liep, stond ik ineens oog in oog met een dingo! Ik wist eerst niet of ik hem alleen zag omdat ik nog half sliep, maar hij stond er toch echt! Waar ik geen enkele dingo op Fraser Island heb gezien, stond er hier gewoon ineens 1 voor mijn neus! Ik wist niet goed wat ik moest doen, maar ik ben gewoon langs hem heen gelopen. Het leek helemaal geen gevaarlijk beest, hij was niet van een normale hond te onderscheiden. Na het ontbijt reden we naar Kata Tjuta. De omgeving was prachtig! Het was iets minder warm dan die dag ervoor, maar er waren gigantisch veel vliegen! Die zoemden de hele tijd om je hoofd en ze gaan vooral op je gezicht zitten, erg irritant. Ook ben ik tijdens die 8,5 kilometer lange wandeling gevallen. Vanwege de regen waren sommigen rotsen nogal glad en in een onbewaakt ogenblik gleed ik uit en viel ik op een paar stenen. Gelukkig was alleen mijn elleboog een beetje gehavend, voor de rest viel het mee. Na de wandeling stapten we in de bus en reden we naar onze volgende bestemming. Onderweg stopten we af en toe om wat te eten of om foto's te maken. Aan het eind van de middag kwamen we aan bij Kings Creek Station, een hele basic camping waar we zouden slapen in swags (kleine eenpersoons tentjes). Dat ging helaas niet door, omdat er heel slecht weer was voorspeld. In plaats daarvan deden we aan 'glamping', oftewel luxe kamperen. We sliepen in tweepersoons tenten met een ijzeren frame waar gewone bedden in stonden en ook een tafeltje en een airconditioner. De tenten waren klein maar heel schattig! We mochten deze keer zelf onze kamergenoot kiezen en ik vroeg Jessica om een tent te delen. Die middag deden sommigen van ons een extra activiteit waarvoor ze extra hadden betaald. Zo deden een aantal een quad-tour, een paar hebben een helikoptervlucht gemaakt en iemand heeft op een Harley Davidson door de Outback gereden. Ik besloot geen extra activiteit te doen en mijn geld in mijn zak te houden. Ook niet erg, want die middag heb ik op bed liggen lezen en uitrusten. Die avond gingen we barbecueën en zijn we op tijd gaan slapen.
Dag vier begon (surprise surprise) alweer vroeg vanwege (je raadt het nooit) een wandeling! Deze keer was het een wandeling van 9 km door Kings Canyon. Hoewel we er vooraf niet echt zin in hadden, was het uiteindelijk toch wel echt de moeite waard. Het uitzicht was heel mooi en we hebben erg gelachen met een aantal mensen uit onze groep. Inmiddels was ik goed bevriend geraakt met Jessica en ik vond het dan ook erg jammer dat uitgerekend zij één van de vijf mensen was die na die dag naar Darwin zou vertrekken met een andere groep van Topdeck. Zij vond het ook jammer dat ze niet meeging naar Melbourne, want we hadden echt een leuke groep. Na de wandeling hebben we de hele middag in de bus gezeten, want we gingen terug naar Alice Springs. Daar sliepen we we weer in het Ibis Styles Oasis hotel en dat was ook de plek waar de vijf mensen uit onze groep ons gingen verlaten. Deze keer had ik geen privekamer, maar sliep ik samen met Julie (al eerder mijn kamergenoot) en Nickie (Canadees meisje) op een kamer. Na aankomst wilde ik me net omkleden om het zwembad in te springen, toen ik gebeld werd door mijn ouders. Van mijn vader hoorde ik op dat moment dat mijn oom, die al ziek was, die ochtend was overleden. Hoewel we eigenlijk wel wisten dat het tijdens mijn reis zou gebeuren, was het toch wel een klap. Ik had niet verwacht dat het zo snel zou gaan. Maar hij had de afgelopen weken veel pijn gehad dus het kon zo ook niet langer. Voor hem ben ik op een bepaalde manier wel blij dat hij nu niet meer hoeft te lijden maar ik ga hem natuurlijk wel heel erg missen. Ik vind het dan ook lastig dat ik niet bij mijn familie kon zijn. Je begrijpt vast dat ik me wel eens beter heb gevoeld dan die dag. Gelukkig waren mijn groepsgenoten heel lief voor me. Die avond hebben we afscheid genomen van de vijf mensen van onze groep die in Alice Springs zouden blijven, om die dag erna met een andere groep van Topdeck naar Darwin af te reizen. Tim, Bridget, Jessica, Mayra en Alessandro. Ik vond het jammer dat ik afscheid moest nemen van Jessica, het was leuk geweest als we de rest van de tour ook samen konden doen, maar helaas. We hebben nummers uitgewisseld en afgesproken dat we contact zullen houden.

Om half 6 ging de volgende dag de wekker. Ontbijten kon vanaf 6 uur en om half 7 vertrokken we met de bus naar het Zuiden. Die dag hebben we vooral heel veel gereden, omdat we redelijk veel kilometers moesten maken. Het gaf ons wel mooi de gelegenheid om een beetje bij te slapen in de bus. Het ligt niet heel comfortabel, maar omdat we allemaal erg moe waren, lukte het nog aardig om een oog dicht te doen. Aan het eind van de middag kwamen we aan bij het hostel in het stadje Coober Pedy. Het was geen gewoon hostel, maar een ondergrondse grot waar we in sliepen. In Coober Pedy heeft bijna iedereen een huis onder de grond, om de warmte te ontlopen. Met onze groep hadden we een gezamenlijke grot, maar ieder had zijn eigen hokje, dat door midden van een gordijn enigszins afgeschermd werd van de rest. Na het droppen van onze bagage, kregen we een rondleiding door het Opaalmuseum. In Coober Pedy zijn een aantal opaalvelden te vinden, waar redelijk wat opaal op te graven valt. Het stadje staat dan ook bekend om zijn opaal. In het museum kregen we te zien hoe opaal opgegraven wordt en hoe de mensen ondergronds leven in Coober Pedy. Bij het museum hoorde ook een winkeltje, waar je sieraden met opaal kon kopen. Sommige sieraden waren zichtbaar nep (vooral te zien aan de prijs), maar ze verkochten ook sieraden van 9.000 dollar. Ik heb niks gekocht en ik vond ook niet eens alles echt mooi. Sterker nog, sommige sieraden waren spuuglelijk! 's Avonds aten we bij Johns pizza bar, één van de beste pizzeria's van Australië. Binnen hing de ranking van de best beoordeelde pizzeria's en ik ontdekte dat ik naar de nummer 1 ben geweest, Il Buco in Byron Bay. Dat was inderdaad een erg lekkere pizza moet ik zeggen. Echter, de pizza in Coober Pedy smaakte me ook goed. Na het eten bezochten we een kangaroe sanctuary, waar we de kangaroes die daar waren opgevangen mochten voeren. Er was ook een heel klein kangaroetje, echt een schatje! Aan het einde van de avond hebben we met een aantal mensen nog een drankje gedaan in een ondergrondse bar en daarna zijn we gaan slapen.

Dag 6 hebben we voornamelijk in de bus doorgebracht. Van Coober Pedy zijn we naar Quorn gereden, een stadje waar niet heel veel te doen is. Onderweg zijn we gestopt bij Lake Hart, een Saltlake met helder blauw water. Aan het eind van de middag kwamen we aan bij het motel waar we twee nachten zouden blijven. Ik deelde wederom een kamer met Julie en Nickie.
De volgende ochtend mochten we kiezen: óf we konden aan het zwembad gaan liggen de hele ochtend, óf we konden een wandeling doen van 7,5 kilometer. Ik koos voor de wandeling. Die was eigenlijk best relaxed! We liepen gewoon over een rechte, verharde weg in plaats van over rotsen waarbij je veel moest klimmen en afdalen. Alleen aan het eind moesten we een stuk omhoog klimmen, naar de Wangara Lookouts. Ik liep met Nickie voorop, wij hebben allebei een redelijk hoog wandeltempo, en we waren een uur en een kwartier later weer terug. De anderen die bij het zwembad waren gebleven, verbaasden zich erover dat we al terug waren. 'Hebben jullie gerend ofzo?', vroegen ze. Daarna konden ook wij onze bikini's aantrekken en het zwembad in springen. Naast het zwembad stond een café, waar we 's middags wat gegeten hebben. Sandwiches, fruitsalade en cakejes, super lekker! Na de lunch zijn we Flinders National Park ingereden en zijn we gestopt bij een aantal uitzichtpunten. Rond 5 uur 's middags keerden we terug naar het motel. Voor het eten ben ik samen met Nickie nog even Quorn ingelopen, om het stadje te verkennen. Het was er echt uitgestorven, we hebben geen mensen gezien, slechts 1 hond. Binnen tien minuten waren we weer terug. Na het eten hebben we met een aantal mensen gekaart, we speelden een spel dat Spoons heet. De regels zijn ongeveer hetzelfde als bij ezelen, alleen er liggen op tafel lepels. Als iemand vier dezelfde kaarten heeft, pakt hij/zij een lepel van tafel. De rest moet op dat moment ook snel een lepel zien te bemachtigen. Degene die zonder lepel overblijft, verliest. We hebben dit spel de hele avond gespeeld en veel gelachen. Het is heel komisch als 1 persoon niet doorheeft dat alle lepels al zijn verdwenen en onverstoorbaar verder gaat met kaarten.

23 januari begon voor sommigen van ons vroeg. Net als die dag ervoor hadden we een keuze. We mochten tot half tien uitslapen of we konden om 5 uur opstaan om een wandeling te maken van 10,4 kilometer. Je gelooft het niet, maar ik ben er vroeg uitgegaan om te wandelen. De wandeling heette 'The Dutchman's Stern' en als echte Nederlander kon ik natuurlijk niet anders dan die berg opklimmen; 4 kilometer omhoog en 6 kilometer naar beneden. Nog 5 anderen besloten de wandeling ook te maken en de rest sliep lekker uit. De wandeling was in het begin redelijk zwaar, 4 kilometer klimmen is best pittig, maar het uitzicht maakte veel goed. Onderweg hebben we kangaroes en geiten gezien en 2,5 uur later arriveerden we weer bij de bus. Op het informatiebord stond dat de wandeling 5 uur zou duren, dus we hebben het best snel gedaan. We keerden terug naar het motel, waar de rest van de groep net uit bed was. Daar konden we nog snel even douchen, voordat we met de bus vertrokken richting Adelaide. Die dag hebben we weer best veel gereden. We stopten verschillende keren om wat foto's te maken en we hebben 's middags gegeten in een historisch dorpje. Aan het eind van de middag kwamen we aan in Adelaide. Het leek een erg leuke stad toen we er doorheen reden. We sliepen in het YHA-hostel. Ik deelde een kamer met Julie, Nickie en Jenni (een Fin), erg gezellig! Toen we aankwamen, ben ik met Nickie, Trine (Deens), Julie en Jenni de stad in gegaan. We hebben fruit gekocht op de markt en we hebben de binnenstad verkend. 's Avonds heb ik met Julie en Nickie in een Thais restaurantje gegeten. Die avond hebben we vooral veel gekletst op onze kamer.
De volgende dag was een relaxed dagje: we hadden een vrije dag in Adelaide. Samen met Trine en Nickie ben ik vroeg opgestaan zodat we ergens gratis fietsen konden lenen (ik blijf wel Nederlander natuurlijk haha). Het bleek alleen dat de winkel pas om 9 uur open ging, terwijl wij al om kwart over 8 voor de deur stonden. We zijn later alsnog teruggekomen om de fietsen op te halen. Hier in Australië moet je verplicht een helm dragen op de fiets, beetje overbodig maar het moest nou eenmaal. We hebben zijn heel Adelaide rondgefietst die ochtend en hebben verschillende parken, de botanische tuinen, de rivier en het winkelcentrum gezien. Leuk om weer een keer te fietsen, dat mis ik best wel hier en ik besef nu wel hoe bijzonder het eigenlijk is dat we in Nederland overal heen gaan op de fiets. Hier zijn ook amper fietspaden, dus het is lastiger om je per fiets te verplaatsen dan in Nederland, waar overal fietspaden te vinden zijn. Aan het eind van de middag hebben we boodschappen gedaan en 's avonds kookten we met z'n drieën in het hostel. Die avond ben ik samen met Nickie en Leandra (een Zwitsers meisje van mijn leeftijd waarmee ik het erg goed kan vinden) gaan geocachen in de buurt van het hostel. Geocachen is een soort speurtocht, waarbij je een busje of koker moet vinden, die ergens verstopt is. Je volgt aanwijzingen op om erbij te kunnen komen. Ik had het nog nooit gedaan en ik ging vooral mee omdat Nickie er erg van houdt maar om eerlijk te zijn vond ik het best grappig! Na een douche ben ik lekker gaan slapen.
26 januari was Australia Day! Een nationale feestdag waarop wordt gevierd dat in 1788 de eerste vloot Australië bereikte. Het is te vergelijken met Koningsdag bij ons. Alle winkels zijn dicht en mensen komen vooral bijeen om samen te eten en te drinken. Het was de 26e niet alleen Australia Day, maar ook de verjaardag van Barbara, een Duitse vrouw uit onze groep. De dag ervoor hadden Trine, Nickie en ik al een chocoladetaart, kaarsjes, een kaart en een button gekocht met 'Birthday Girl' erop. Toen Barbara die ochtend de receptie binnen liep, zat iedereen van de groep daar om de taart met brandende kaarsjes heen en we hebben haar uiteraard toegezongen. Barbara heeft braaf de hele dag haar button gedragen. We checkten uit bij het YHA en met de bus zijn we verder langs de Zuidkust gereden. Onderweg zijn we een aantal keer gestopt bij bezienswaardigheden en 's middags gingen we naar een wijngaard, waar we onze eigen wijn hebben gemaakt
We mochten verschillende wijnen proeven en daarna konden we een blend maken naar keuze. We kregen een wijnfles waar een etiket op zat met onze eigen naam, heel grappig! Mijn wijn was best goed gelukt vond ik zelf! Er werd wel bij verteld dat we hem binnen drie dagen op moesten drinken, want hij zat niet in een afgesloten fles dus hij was maar beperkt houdbaar. Aan het eind van de middag zijn we naar de 'Blue Lakes' gegaan, twee meren met heel blauw water, dat van kleur verandert. We hebben een 5km lange wandeling gemaakt om het meer en onderweg nog een geocache gevonden. Voor het avondeten gingen we naar een pub, waar een paar hele dronken meisjes waren die haast niet meer op hun benen konden staan. Ze waren erg irritant, ze stonden op de tafels en gooiden met van alles en nog wat. Australia Day is vooral een excuus om het eens flink op een zuipen te zetten, heb ik wel gemerkt. Uiteindelijk werden ze gelukkig de tent uit gegooid. We hebben heel lekker gegeten in de pub! Ik had een gevulde paprika besteld en er was een all-you-can-eat salad bar, met super lekkere salades. We zaten allemaal propvol na het eten. Om een uur of half 9 zijn we vervolgens naar een sinkhole gegaan, waar we possums konden voeren (Australische ratachtigen). We stonden allemaal braaf te wachten met een handje voer, maar de possums bleven weg. We zagen er twee, maar die kwamen niet naar ons toe. Ach ja, volgende keer beter. Die nacht sliepen we in een oude gevangenis die omgebouwd was tot een hostel. Het zag er eigenlijk best leuk uit!

De volgende ochtend zijn we teruggegaan naar de sinkhole, om nog wat foto's te nemen. Daarna reden we met de bus naar de Grampians, een national park met een gebergte. We hebben een wandeling gedaan, waarbij we een heel eind omhoog moesten klimmen. Dat was best steil maar het uitzicht was het waard. Daarna stopten we bij de Mackenzie Falls, waar we weer een wandeling maakten en stopten bij de watervallen. Op weg naar het hotel pakten we nog een aantal lookouts mee. 's Avonds stond er een barbecue op het programma. Onze guide, Squatter, was in de weer met de barbecue toen hij zijn hand verbrande aan de gloeiendhete olie. Eerst leek het wel mee te vallen maar na het eten besloot hij toch maar even naar het ziekenhuis te gaan. Intussen hadden wij onze wijn tevoorschijn gehaald en het spel Cards against Humanity. We hebben ontzettend gelachen die avond, vooral als één van ons weer eens niet wist wat een woord betekende en iemand van de native speakers dat uit moest leggen. Pas tegen 12 uur kwam Squatter terug uit het ziekenhuis. De brandwond was toch iets ernstiger dan hij in eerste instantie leek, zijn hand zat in het verband en hij had medicijnen gekregen. Geen medicijnen waarvan je suf wordt gelukkig, want dan had hij niet kunnen rijden de volgende dag. Het plan was om die volgende ochtend een wandeling te doen voor degenen die dat wilden (je mocht ook weer uitslapen) maar omdat Squatter pas Zo laat terug was en hij zijn slaap.wel nodig heeft, ging de wandeling niet door. Nou ja, nu konden we een keer lekker wat langer slapen, ook niet gek. Squatter is trouwens een hele goede guide, hij weer heel veel van de omgeving en de geschiedenis, en hij is grappig zonder dat het overdreven of irritant is.

In plaats van de wandeling hebben we rustig aan gedaan die ochtend erna. Met de bus reden we richting de Great Ocean Road. 's Ochtends stopten we bij een Aboriginal Centrum, waar we onze eigen boomerang hebben geschilderd. Normaal gesproken heb ik een schurfhekel aan creatief gepiel, maar het schilderen van de boomerang was best grappig! Mijne zag er natuurlijk niet uit, maar het is toch leuk als aandenken. Die middag reden we naar de Great Ocean Road, heel erg mooi! Weer een heel andere omgeving dan de Outback. 's Avonds hebben we pizza's gehaald en die aan de kust opgegeten, met uitzicht op de 12 apostelen. Kan toch niet beter?

Vandaag is alweer de laatste dag van de tour 'Down South & Outback'. De dagen zijn werkelijk voorbij gevlogen en ik heb het gevoel dat ik niet 13, maar 5 dagen met Topdeck heb gereisd. Daarnaast lijkt het alsof ik al deze mensen al jaren ken en alsof we al een hele tijd samen reizen. Dat is wel een goed teken, denk ik. Op dit moment zit ik in de bus en zijn we op weg naar Melbourne. Ik vind het jammer dat het alweer voorbij is, maar aan de andere kant ben ik ook heel moe en heb ik echt even nodig om bij te komen. Ik ga iedereen van de groep wel erg missen! Vooral Leandra, met haar heb ik de laatste dagen veel opgetrokken. Gelukkig verblijven de meesten uit de groep nog wel een paar dagen in Melbourne, dus die zie ik misschien daar nog wel. Met Leandra heb ik al afgesproken dat we een dezer dagen nog eens gaan afspreken voordat we allebei onze eigen weg gaan. Over 3 dagen ga ik al naar Nieuw Zeeland!! Ik heb er superveel zin in, ondanks dat ik Australië erg ga missen. Nieuw Zeeland is alweer de laatste etappe van mijn reis en ik kan niet geloven dat het zo snel is gegaan, ik heb nog maar 5 weken te gaan! Dit was dan ook mijn laatste update vanuit Australië, het volgende reisverslag zal ik schrijven in Nieuw Zeeland. Here I come!

Liefs van mij! X






Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Eline

Van eind oktober tot en met begin maart ga ik op reis naar het buitenland. Via deze weg zal ik jullie zo veel mogelijk op de hoogte houden van mijn backpack-avontuur in Australië en Nieuw Zeeland. Ik zou het leuk vinden als jullie af en toe een berichtje achterlaten!

Actief sinds 09 Sept. 2016
Verslag gelezen: 311
Totaal aantal bezoekers 8005

Voorgaande reizen:

26 Oktober 2016 - 08 Maart 2017

Mijn reis door Australië en Nieuw-Zeeland

Landen bezocht: